Vooraf:
Leer van elke paragraaf de begrippen!
De betekenis vind je op blz. 26 en 27 van het handboek.
Schrijf ze op wanneer je ze in de tekst tegenkomt. Zet de betekenis erachter.
Je krijgt dan een lijstje, makkelijk om te leren!

Zie je hieronder een vraag? Zoek dan zelf het antwoord in je boek!

Paragraaf 1
- het gebruik van 2 boeken: handboek (HB) en werkboek (WB)
- wat vind je in het handboek?
- wat betekenen de blokjes G, K, M en C?
- wat betekent Aardrijkskunde?

Paragraaf 2
- wat is een plattegrond?
- wat is een coördinatensysteem?
- je moet met een coördinatensysteem kunnen werken!
  Waar staan de letters en waar de cijfers? Wat zijn kaartvakken?

Paragraaf 3
- wat is een kaart? Wat staat er op een goede kaart?
- wat zijn windrichtingen? Waar liggen noord/oost/zuid en west?
- je moet een windroos kunnen tekenen met 8 richtingen
- wat is een legenda?
- wat betekent (bijvoorbeeld) schaal 1:100.000?
- kunnen: centimeters omrekenen naar kilometers (5 nullen!)
- wanneer wordt een noordpijl gebruikt?